vrijdag 23 maart 2012

William Still: de tweede dimensie

De tweede dimensie: de macht van de zonde overwonnen


Christus stierf niet alleen om onze zonden weg te nemen, maar Hij stierf ook aan de heerschappij van de zonde. Opdat niet alleen de vrucht (de concrete zonden), maar ook de wortel van de zonde werd vernietigd. (Rom. 8:3)


Op een manier die doet denken aan Watchman Nee zegt Still dat we de juiste volgorde aan moeten houden in feiten, geloof en gevoelens (in het Engels een mooie alliteratie: facts, faith and feelings).


De feiten zijn de volgende: omdat met Adam niets meer te beginnen was – hij was verloren en verdorven -, nam Christus als de tweede Adam de eerste Adam met zich mee in de dood. Als zijn Plaatsvervanger droeg Hij zijn zonden weg, en als zijn Vertegenwoordiger kruisigde Hij zijn gevallen natuur. In Zijn zondeloos lichaam rekende Hij af met de oude natuur, en door Zijn opstanding verving Hij het door de nieuwe natuur (27).


Het gaat dus niet alleen om een wonderlijke ruil in dat wij onze zonden inleveren en Zijn gerechtigheid krijgen. Het gaat ook om een wonderlijke ruil die erin bestaat dat wij onze oude natuur inleveren, en die van Christus terugkrijgen.


Onze oude mens was met Hem gekruisigd, zegt Romeinen 6. Toen Jezus stierf, stierven wij met Hem.Betekent dat dan dat toen Christus stierf aan de zonde wij met Hem stierven, voordat we geboren waren? Ja, dat betekent het inderdaad, hoewel de verwezenlijking van dat feit wacht tot onze geboorte en bekering. Het is dezelfde Geest, door Wie Christus Zich als offer heeft opgedragen (Heb. 9:14), Die in ons hart de nieuwe geboorte bewerkt. Hij draagt als het ware de vruchten over.


In Kolossenzen 2:12 kunnen we een hint in de richting van deze 'actualisatie' in ons leven bemerken:

U bent immers met Hem begraven in de doop, waarin u ook met Hem bent opgewekt, door het geloof van de werking van God, Die Hem uit de doden heeft opgewekt. (HSV)

De NBV zegt het iets onomwondener: 'Toen u gedoopt werd bent u immers met hem begraven, en met hem bent u ook tot leven gewekt, omdat u gelooft in de kracht van God die hem uit de dood heeft opgewekt.'

Met andere woorden: de opstanding van Christus heeft Zijn werkelijke kracht in ons leven gekregen toen wij gingen geloven. Het is dus allebei waar: we zijn toen al met Hem opgestaan; Hij droeg ons in Zich en met Zich mee het graf uit. Maar het tweede is ook waar: deze opstanding is zichtbaar geworden in ons leven, toen wij tot geloof kwamen, zoals blijkt uit Kol. 2:12.


De dood van Christus aan de zonde is definitief. Het is eens voor altijd. ‘Want wat Zijn sterven betreft, is Hij voor eens en altijd voor de zonde gestorven, en wat Zijn leven betreft, leeft Hij voor God.’ (Rom. 6:10) Dit is een volmaakt en compleet werk. ‘Het is volbracht.’ Zijn werk is compleet voor wij het ook maar ontvangen.


Deze feiten vragen om geloof. Want we zullen uit deze dood geen voordeel in de zin van kracht en levensverandering ontvangen wanneer we er niet met ons hele hart en verstand in geloven. Zoals in Rom. 6:11 staat: ‘houdt het daarvoor’ (SV), of ‘reken uzelf’ (HSV). ‘Zo dient ook u uzelf te rekenen als dood voor de zonde, maar levend voor God in Christus Jezus, onze Heere.’ Bij dit woord moet je denken aan iemand die opmaakt wat er op voorraad is. We moeten tot onszelf 1000 keer per dag zeggen: ‘Ik ben inderdaad dood voor de heerschappij van de zonde. Ik ben in een volmaakte staat van een absolute dood aan de macht van de zonde gekomen.’


Deze overweldigende en bijna niet te geloven waarheid roept natuurlijk een hele rij bezwaren en twijfels op, die overigens ook door de duivel gezaaid kunnen worden. Deze komen een volgende keer aan de orde.


William Still, Towards Spiritual Maturity

Geen opmerkingen: